Dag 68 en 69:
Ik heb het gevoel dat ik een beetje uitgepraat ben de
laatste dagen… Alles wat we nu nog meemaken is precies een filmpje dat
teruggespoeld wordt en opnieuw wordt afgespeeld. Uiteraard zullen er nog dagen
volgen die anders zullen zijn: wanneer we naar Senegal gaan en James Island
zullen bezoeken, ga ik jullie weer
overspoelen met gebeurtenissen! Maar nu… heb ik niet al te veel te vertellen.
Alé moesten jullie het interessant vinden dat we zondag
croque monsieurkes hebben gebakken, ons lang-op-verlekkerd-kriekske in ons bed,
zonder elektriciteit met een pillamp op onze kop, hebben gedronken en er een
typische meisjespraatavond van hebben gemaakt… wil ik daar gerust de pittige
details over bovenhalen hoor!
Ik kan ook vertellen over het feit dat er in mijn klasje al
drie keer geld is gesloten onder de leerlingen en dat ik maandag rechter mocht
spelen… en dat ik op een uurtje tijd opeens 40 examenvragen over het vak Engels
in elkaar moest steken, die mee zullen bepalen of de kinderen naar de volgende
graad mogen….
Maandag heb ik wel nog eens genoten van mijn stage, heel
letterlijk dan! Ik zal het uitleggen… Die kindjes zijn enorm onder de indruk
van mijn haar! Wat logisch is, want Gambianen hebben korte kroezel krulletjes,
dus glad “lang” haar zien zij nooit, en dan zeker niet in een lichte kleur!
Meestal draag ik mijn haar hier omhoog en helemaal achteruit, wat btw he-le-maal
tegen mijn Belgisch principe is… zo zal je mij dus nooit zien lopen door
Zwijndrecht, maar met die warmte is dat vaak het beste. Maar als ik dan toch
mijn haar eens los laat en het is net gewassen, ben ik voor de meisjes echt één
of andere godin met magisch haar. Ken je die stukjes in films als er een knappe
vrouw voorbij loopt int slow motion en alle kerels zitten staren? Zo is dat
dan, maar dan met mijn haar en mijn tijgertjes van het derde leerjaar. Ze zitten er dan ook heel de tijd in the
wrijven… maar dat vindt juf Joyce zaaaalig! :-) Als ze dan stoppen met frullen, zeg ik vaak: “No no, go on!”. En
tegenwoordig zijn ze extra lief, ik heb zo een paar knuffel trezekes in mijn
klas, dan heb ik toch mijn portie affectie gehad hier in Gambia! Volgens mij
voelen ze het einde wat naderen… :-)
Dag 70, 71, 72, 73 en 74
Aangezien meneer elektriciteit zich elke avond rond 5 uur
ging verstoppen en pas rond 12 uur weer tevoorschijn kwam, terwijl wij al lang
lagen te knorren in ons bedje, kon ik even geen blog typen! Spijtig genoeg
vergeet ik dan alle kleine details, maar er zijn 2 grote gebeurtenissen die ik niet
(zelfs NOOIT van mijn leven zal vergeten. En die ga ik jullie vertellen in een
samenvatting van 4 dagen:
Dinsdagmorgen werden we wakker, gelukkig maar, zoals elke
morgen. Nietsvermoedend zette ik mijn bril op, aangezien ik anders nooit wakker
word… Maar deze morgen was anders als anderen: Ik keek deze keer niet naar hot-babe-Dani…
maar naar rode-boebel-Dani. Ze stond vol muggenbeten! Dachten we eerst
tenminste… Wat we niet wisten was… dat ons verblijf in Gambia nooit meer
hetzelfde zou zijn………………..
We aten alsof het gewone muggenbeten waren, we gingen naar
school alsof het gewone muggenbeten waren,…. Maar de boebels werden niet alleen
steeds groter en roder (natuurlijk ook omdat onze Dans alles aan het open
krabben was alsof het gewone muggenbeten waren) maar… er kwamen ook steeds meer
bij! Ik begon ze te tellen en ben uiteindelijk bij 90 gestopt, aangezien ik nog
lang niet klaar was. Na enkele uurtjes stond ze letterlijk VOL beten. Allemaal
kleine rijtjes van rode boebeltjes… Vreemd!
Thuisgekomen, lichtjes in paniek, vroegen we raad aan
Aminata. Het eerste dat zij
zei was: ”These are no mosquitos, these are bedbugs! They are very wicked!”. Wij knikten wel eens, maar verklaarde
haar terplekke in het Nederlands een beetje zot… budbugs… dat vind je alleen maar
in mottige jeugdherbergen of zo, toch niet in onze gezellige kampbedjes! Maar
aangezien onze kop rap zot gemaakt is en ons Dani ondertussen nog meer rode
boebels begon door te krijgen, namen we het zekere voor het onzekere en hebben
we onze bedden, beddengoed, matrassen,… (alles was met bed te maken heeft)
buiten gezwierd. We hebben een nieuw bed frame in ons kamer gezet, en nieuw
beddengoed genomen. “Opgelost!”, dachten we…
We vierden onze nieuwe, goeie, putloze matrassen door erop
te gaan liggen en mee te zingen met de muziek op Dani haar Ipad. We waren aan het volop aan het mee kelen met
Ho Hey’, toen Dani opeens even helemaal uit de toon ging: Er kroop een beestje
over haar bed! We vingen het, bekeken
het, kregen er kiekenvel van en besloten om naar Aminata te gaan voor nader
onderzoek. Aminata zei de woorden die we hoopten nooit te horen: “Yes, this is a
bedbug!”.
Dit ging even ons verstand te boven aangezien we zien het
vorig bed, de matrassen en het beddengoed allemaal hadden buiten gegooid. Uit
paniek zijn we dan maar heel de kamer gaan onderzoeken, met de pillamp op onze
kop en in de hand,…maar niets gevonden! Om het zekere voor het onzekere te
nemen (tweede maal..) zouden we voor 1
nachtje verhuizen naar een andere kamer, op het gelijkvloers, zodat Ami onze
kamer vol insecticide kon spuiten en al die motzakken kon killen!
Ondertussen de volgende dag op school maakten alle
leerkrachten ons bang dat die beesten so cruel zijn, dat zij niet doodgaan door
insecticide en dat zij in ons kleren zullen kruipen,… Gevolg? 2 bange schijters
die den boel dan maar verhuisd hebben, alle kleren in de zon hebben gelegd,
gewassen, geïnspecteerd in elk plooike,… Dit toneeltje heeft 3 dagen geduurd,
voor we weer wat gerust op ons plek zaten en, zonder angst dat er een bedbug in
ons mouw zat, ons truike konden aandoen. We zitten nu in een nieuwe kamer, nog
kleiner als ons vorige kamer. Met 1 groot tweepersoonsbed, waar we een gezellig
kamp van hebben gemaakt met ons muskietennet, een paar stoelen als
nachttafeltjes en 2 grote kasten die we met al onze macht in de kamer hebben
gesleurd om ons bedwantsloos gerief in te leggen… Voor die laatste 10 dagen is
het nog ok! Ik heb alvast 4 nachten geslapen alsof iemand met een baseball bat
op mijne kop heeft geklopt en ik heb over de mooiste dingen gedroomd, dus mij
hoor je niet klagen ;-). Ik heb bijna al mijn kleren weggegeven aan Kumba, die
al ligt te pronken met mijn afdankertjes en mijn lakens zullen achterblijven in
het warme Gambia, just in case... dat ik die beestjes niet meeneem naar huis!
Dani is tot nu toe al een beetje minder boebelachtig, ze
beginnen weg te trekken aangezien ze onder mijn streng oog niet mocht krabben.
Ze is opgelucht want nu hoeft ze de namen ‘vlooienbak’, ‘bedwants’, ‘boebel’ en
‘luisje’ niet meer aan te horen. Iedereen in het huis ziet haar toch zo graag!
Ok, nu het 2e voorval, een veel leuker voorval om
over te vertellen!
Een stofkop, blauwe rug, 20 schrammen, dazenbeten en een
handtastelijke gids verder, hebben we een super safari in Senegal erop zitten! We
zijn vrijdagmorgen om 6 uur vertrokken, samen met 2 begeleiders van het bureau
waar we hebben geboekt, naar de ferry om aan de overkant opgepikt te worden om
naar Senegal te rijden. We kregen genoeg eten en drinken, iets te veel drinken
zelf want ik heb mij heel de dag een opgeblazen ballon gevoeld!
Aangekomen in het park, kregen we een gids toegewezen die
ons het park zou rondleiden… Beetje rare kerel, zei niet veel, vreemd zaakske.
We vertrouwden hem al van in het begin niet… We stapten in zijn jeep, we
mochten gaan staan op de banken en ons vasthouden aan een ijzeren bar. Ik
voelde mij eventjes op de titanic, of in één of andere grave avonturenfilm…
maar mijn enthousiasme werd al snel naar beneden gehaald toen we op de
hobbelige wegen begonnen te rijden… Die auto heeft mijn rug zwaar laten
afgezien doordat ik steeds botste tegen die ijzeren baren … daarmee de blauwe
rug, ik heb 2 nachten amper geslapen, ik was precies van een stelling
gedonderd…
Bij de eerste stop zagen we zebra’s, antilopen en 1
neushoorn. De neushoorn had normaal een vrouwke maar hij heeft ze per ongeluk
doorboord… jammer! Eigen schuld, dikke bult, nu was hij eenzaam. Dani en ik
waren wel grote fans van de zebra’s… Dani waarschijnlijk omdat ze afstammen van
de paarden (duh!) en ik omdat ze zo’n grappige poep hadden! Loppi juice (lekker
kontje) zouden ze zeggen in Gambia :) Wel schoon beestjes, we hebben dan ook
fotoshoot gehouden met hen…
We hebben uiteindelijk 2 uur rondgereden, en veel beestjes
nog gezien zoals vele soorten aapjes, pumba’s, buffels,… Maar Dani en ik zaten
dus op hete kolen voor die giraffen he! Ze konden ons al van in het begin niet
garanderen dat we ze gingen zien omdat ze heel snel zijn en zich goed kunnen
verstoppen op 6000 hectare. Wij hadden zoiets van “Ale… wij vinden 100
everzwijnen, 20 000 eekhoorns maar zo’n 6 beesten als ne giraf kunnen zich
verstoppen?!” Ging er niet in bij ons… Dus blijven hopen. Uiteindelijk stopten
we aan een hek, de trip zat er op. Boven ons hoofd verscheen een groot vraagteken
en toen de gids zei “Sorry, we hebben ze niet gevonden!”, zaten we er allebei
met een mok van hier tot in België (grote mok dus!)
We werden terug naar de inkomhal gebracht om te drinken,
even te bekomen (en in ons geval verder te mokken). 2 minuten na onze aankomst
kwam er een koppel aan, met een vrouwelijke gids. Dat koppel was duidelijk niet
aan het mokken… ze zagen er veel gelukkiger uit dan wij. Ik hoorde dat ze Frans
spraken, dus we besloten Dani in te schakelen (aangezien haar Frans stukske beter
is als het mijne) om het koppel aan te spreken. Onze eerste vraag kon je al
raden zeker?! En ja… zij hadden die giraffen gezien! Ze toonden hun foto’s en filmpjes en wij
waren super jaloers. We vroegen aan die gids waarom ze niet naar onze gids had
gebeld, aangezien ze allemaal telefoons dragen. Bleek dat ze 4 keer had gebeld
maar onze troeten niet had opgepakt! Wij kregen het er langst alle kanten he!
Lichtjes kokend stappen we naar de 2 Gambianen uit ons
boeking bureau om te vragen of ze niet konden regelen of we geen tweede keer
het park in mochten, enkel voor de giraffen te vinden. Bob, 1 van de 2, ging “praten”
met onze voze gids. Op geen 5 minuten tijd waren die twee zo hard ruzie aan het
maken, dat heel het park het kon horen en de giraffen waarschijnlijk gingen
lopen... De gids wou duidelijk geen tweede keer met ons het park in (wat ik
to-taaal niet begrijp – zo’n toffe biekes da wij zijn!?). Na een half uur waren
ze nog niet klaar met bekvechten maar het kon ons niets schelen, wij moesten en
zouden die giraffe zien! Uiteindelijk heeft de vrouwelijke gids, van dat Frans
koppel ons meegepakt in het park, voor een tweede keer.
De volgende tocht leek pas echt op een safari, de wegen
werden nog hobbeliger, stof was overal, dazen beten in mijn benen, takken
sloegen in mijn armen, benen en gezicht,… We waren echt aan het chasen achter
die giraffen om ze te vinden… Die vrouw haalde al haar survival skills boven:
we gingen helemaal off-road, ze sleurden boomstammen opzij,… alles om die
beesten in het vizier te krijgen. En na een half uurtje zagen we opeens 2 mooie
giraffen wandelen, tussen de bomen. Echt
ongelooflijke beesten! Achteraf, bij het terugkeren, zaten Dani en ik, heeeeelemaal
voldaan met een vreemde lachje op ons gezicht in die auto, naar elkaar te
gapen, zonder woorden. En we konden elkaars gedachten gewoon lezen: GESLAAGDE
SAFARI!
Verder thuis gaat het wat minder, het begint meer op een
beestenboel te lijken bij ons. Op deze moment zitten we weer met ratten, heb ik een
muis gezien, hebben we al wat kakkerlakken gemolesteerd en dan die voze bedwantsen! Het
gaat er een beetje over… Voor de kakkerlakken roepen we altijd Lamin, onze
nachtwaker. Als we ’s avonds naar toilet gaan en we vinden er eentje, steken we
onze kop eens buiten en Lamin kent ons al… hij pakt meteen zijn machete en gaat
de kakkerlak te lijf! Dan hangt de kakkerlak aan het puntje van zijn
machete en komt hij trots met zijn vangst buiten!
- Door al het stof in Gambia zijn mijn beide oorbellen
beginnen ontsteken, maar echt enorm hard. Zelfs harder dan toen ik ze net liet
steken. Mijn beide oren staan dik en mijn staafjes zijn helemaal verdwenen. Ik
kan niet meer lachen, eten, geeuwen,… alles doet zeer! Ik ben daar gene mens
voor, want ik kan daar allemaal niet tegen, dat moet in orde zijn, punt uit..
Ik verzorg dat daarom ook 50 keer per dag, zonder enige verbetering. Vrijdagnacht
besloot ik te gaan slapen nadat we een enge film hadden gezien, onze Dani lag
al lang over ne knappe vent te dromen (of in haar geval over een schoon paard
;-)) en had zelfs al stukken gemist van onze film. Maar ik geraakte niet in
slaap, mijn rechteroor klopte en ik kon langst gene enkele kant slapen omdat
mijn linkeroor ook zeer deed (bovenop mijne pijnlijke rug nog eens!). Dus ik besloot om een uur of 1 ’s nachts toch
nog maar eens te gaan ontsmetten, want als er iets in mijne kop zit, zit het
niet ergens anders. Richting badkamer… Ik stond met mijn wattenstokske de
korstjes er rond los te maken en ik voelde hét komen… mijn oren begonnen te suizen,
mijn zicht werd wazig en mijn hoofd werd
een beetje licht. Gelukkig weet ik dan al: Tijd om te gaan liggen!!! Ik ben uit
die badkamer gestrompeld, heb mij op ne stoel in de gang geplaceerd en ben een
paar minuten naar een ander universum vertrokken… Een zwart gat van enkele
minuten. Toen ik weer bijkwam, besloot ik toch maar naar de kamer te gaan.
Onderweg kwam het weer op … Ik heb nog net de deur kunnen dichtdoen en ben mij
dan maar op de grond gaan leggen om weer terug naar een andere plaats te
vertrekken. Ondertussen werd Dani wakker van mijn al dat flauw geval, scheen ze
eens met haar pillampje op mijn belebberde kop en haar eerste woorden waren: “Moh
Joyce, wa ligde gij daar nu op die kakkerlakkenvloer te doen?!” Ze was wel lief
heel voor mij ‘s nachts, ze heeft om het uur eens geschaard om te voelen of ik nog
naast haar lag! Ouuuh :-)
Liefste mensjes, ik moet jullie zeggen: Volgende keer is het
mijn allerlaatste blogberichtje, want dan kom ik naar huis! Een grote
opluchting voor de trage lezers? Tot dan!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten